Vissen op Noordzeegarnalen: een grenzeloze samenwerking

Garnalenvissers van de Noordzee

"Vissen is als bidden, je moet het gewoon geloven."

Nils, Duitse garnalenvisser

Nils, Holli en Klaas zijn garnalenvissers op de Waddenzee. Deze strekt zich van Nederland, via Duitsland tot aan Denemarken uit. Al generaties lang leven de vissersfamilies voor én van de garnalenvisserij.

Klaas Bouma, de Nederlandse visser, stamt uit een familie van scheepsbouwers maar heeft zelf voor het leven als visserman gekozen. Elke zondagnacht vertrekt hij uit de haven van Harlingen of Lauwersoog en keert meestal de donderdag erop weer terug. Hij onderbreekt zijn vistocht alleen om de aan boord gekookte en vervolgens gekoeld opgeslagen garnalen aan land te brengen als het ruim vol is.

De grillen van de natuur bepalen het dagelijks werk van Klaas. Als hij met zijn kotter Sarah HK-80 garnalen tegenkomt, moet hij doorwerken. Hij slaapt "waar en wanneer het uitkomt": voor anker op zee, of in een haven.

De route verandert niet alleen per dag, maar soms zelfs om het half uur. Elke garnalenvisser heeft zijn favoriete plekken, vaak de visgronden waar grootvader vroeger al viste. Maar de natuur is in de tussentijd veranderd. Stromingen, geulen, niet alles blijft bij het oude. Daarnaast heeft bescherming van de Waddennatuur ertoe geleid dat vissers op andere plekken hun netten uitzetten.

De Noordzeegarnaal heeft in elk land verschillende namen. In Nederland heet ze soms ook ‘grijze garnaal’, in Duitsland ‘Krabbe’, ‘Granat’,‘Porre’ of ‘Knat’. In Denemarken „SEF“ of „CES“.

Sinds mensenheugenis benutten we de zee. Al tienduizenden jaren geleden verzamelden kustbewoners schelpen op wadplaten, gingen op jacht naar zeehonden en vingen vis en garnalen in de kreekjes op het wad. Als kustvisser werd je niet rijk. Je kon van de vangst leven en je gezin voeden.

Tot halverwege de 19e eeuw was kustvisserij zoals die op garnalen, van bescheiden economisch belang. Dat veranderde met de industriële revolutie. Door motorkracht konden vissers verder op zee, en met grotere netten werken.

Nu worden jaarlijks tussen de 32.000 en 35.000 ton Noordzeegarnalen gevangen. De Nederlandse vloot vangt daarvan het grootste deel, gevolgd door de Duitse en Deense vloot. De economische waarde van de Noordzeegarnaal Cragnon cragnon hoort inmiddels met tong, schol, makreel en haring tot de hoogste van de Nederlandse visserij.

De Nederlandse, maar ook de Duitse en Deense vissers verkopen hun gevangen garnalen vanuit de haven rechtstreeks naar de Nederlandse groothandel. De Noordzeegarnaal wordt gegeten van Frankrijk tot Denemarken, maar het grootste deel gaat naar de Belgische markt. Daar worden er nationale delicatessen als ‘garnaalkroket’ en ‘Tomate crevette’ van gemaakt.

54% van de totale Europese aanlanding Noordzeegarnalen is voor Belgische consumptie.

90% van de productie van de garnaalkroket is voor de Belgische consument

70% van de garnaalkroketten wordt gemaakt door inlandse, voornamelijk Vlaamse, bedrijven.

"Als garnalenvisser ben je altijd op zoek. En er zijn natuurlijk dagen dat de netten leeg blijven. Zo is het nu eenmaal, toch?"

Garnalenvisser Klaas Bouma

Verstandig beheer van de garnalenvisserij was voorheen een uitdaging. De Duitse, de Deense en de Nederlandse overheid reguleerden de vloot ieder op hun eigen manier. Maar geen van de drie hebben ooit quota ingesteld voor de garnalenvisserij. Dat maakte het lastig om met de fluctuaties in het bestand om te gaan.

De garnalenvissers zélf kwamen tot de slotsom een eind aan deze visserijwijze te maken. De groeiende marktvraag naar duurzaam gevangen vis, maakte dat ze het belang van gezamenlijk beheer en van duurzamer vistechnieken steeds scherper inzagen. En bovendien was het ook hun eigen belang om de traditie van garnalenvisserij van vader op zoon te kunnen behouden.

Na jaren van overleg tussen de Duitse, Deense en Nederlandse sector, spraken vissers van ruim 400 garnalenkotters vrijwillig beperkende maatregelen af. Uiteindelijk leidde dit eind 2017 tot MSC-certificering.

Dat de garnalenvissers nu het MSC-keurmerk mogen dragen, is winst voor de garnalensector, winst voor de consument én winst voor de natuur. De visserij op garnalen vindt plaats in waardevolle en kwetsbare natuurgebieden, die daarom beschermd worden. Jarenlang stonden natuurorganisaties en garnalenvissers lijnrecht tegenover elkaar.

Maar dat is gelukkig veranderd. Het proces naar MSC-certificering heeft daaraan bijgedragen. Er is nu sprake van goed overleg met natuurorganisaties. Over de grenzen van de drie landen heen en met instemming van de natuurorganisaties, hebben de garnalenvissers een gezamenlijk beheer plan voor hun visserij ontwikkeld. De ruim 400 kotters werken nu eendrachtig samen aan de uitvoering van dit plan.

Om deze gezamenlijk MSC-certificering te behalen en te behouden, moeten de vissers de effecten van hun visserij op het zeeleven tot een minimum beperken. Ook moeten ze snel en adequaat reageren op veranderingen in de garnalenstand. Doel is om die stand goed op peil te houden zodat we nu en in de toekomst volop van garnalen kunnen blijven genieten.

Vanwege de MSC-certificering blijven garnalenvissers nu vaker aan wal, en houden ze elkaar goed bij de les. Ook worden de mazen van de netten wijder, met minder bijvangst als gevolg. Door lichte materialen voor de netten te gebruiken en kwetsbare natuurgebieden te mijden, minimaliseert de visserij zijn impact op de zeebodem.

Het naleven van de duurzaamheidsvereisten van de MSC-Standaard betekent voor Klaas Bouma en zijn collega's in alle drie landen weliswaar beperkingen, maar desondanks verwelkomen ze de certificering. “Het is een kunststukje om met zoveel garnalenvissers één gezamenlijk managementplan op te stellen. Maar het is gelukt, ondanks alle tegenstellingen in de sector. Daarmee laten we zien hoe garnalenvissers midden in de samenleving staan.”, zegt Simon Koornstra, garnalenvisser van de HA4 uit Harlingen

Klaas Bouma: „Dat er regels zijn is prima. Die moeten er zijn, net als verkeersregels. Als we ons er allemaal maar aan houden. Dus als we aan wal blijven, is het ook iedereen aan wal, zodat het garnalen bestand kan herstellen. Dan heb je ook eens tijd voor een hellingbeurt van de kotter.“

Vertel dit visserij verhaal!